okt 2, 2020 | Alle tips, Dieren | 0 Reacties

Wanneer is een hond gevaarlijk?

“Zo trouw als een hond”. Iedereen kent dat spreekwoord wel en spreekwoorden zijn de kristallisatie van essentiële en algemene ervaringen. Daar is dus zeker iets voor te zeggen. Maar ook plaatjes als “pas op voor de hond, “hier waak ik”, of “betreden op eigen risico” zeggen ook iets over andere eigenschappen van die “trouwe” hond. Wat blijkt: ze verdedigen hun territorium, hun “gezin”, de familie waar ze toe behoren, de kudde waarover ze zijn aangesteld. Zo zijn er honden die roofdieren achterna gaan om schapen te vrijwaren, andere honden dulden geen vreemden in huis, of ze verdedigen spontaan door dik en dun de huisgenoten, de kinderen.

Daarom hebben sommige hondenrassen ook een slechte reputatie en worden ze als gevaarlijk beschouwd. Dat is bijvoorbeeld het geval met Duitse herders, pitbulls, buldoggen, dobermann, rottweilers.

Sommige honden wegen meer dan vijftig, zelfs tot tachtig en negentig kilo, en er zijn er die een bijtkracht hebben van bijna 1500 Newton zoals de Rottweilers. Dat betekent dat als ze eenmaal aanvallen, ze ook te duchten zijn en levensgevaarlijk kunnen zijn zowel voor mens als dier.

Een hond is pas gevaarlijk als die verkeerd is opgeleid of zich bedreigd voelt. Van hetzelfde ras kan een hond poeslief, maar anderzijds ook levensgevaarlijk zijn. Het hangt niet van het toeval af, maar van de opleiding en dus van het baasje.

Dat hoeft niet zo te zijn, want een hond is eigenlijk maar even gevaarlijk als zijn baasje. Dat betekent dat de instelling van de eigenaar en de opleiding die het dier gekregen heeft, bepalend zullen zijn voor het gedrag van de hond. Zo zal je meemaken dat Rottweilers betrokken zijn bij dodelijke incidenten, terwijl andere honden van hetzelfde ras compleet te vertrouwen en ongevaarlijk en rustig zijn. Hoe komt dat toch? En moeten we nu alle honden wantrouwen?

Het wereldbekende Max Planckinstituut heeft het gedrag van honden onderzocht onder verschillende omstandigheden. De algemene eindconclusie is dat het gedrag van de eigenaar het belangrijkste en meest bepalende element voor het gedrag van de hond zal zijn. Een hond heeft een gevaarlijk, agressief en slecht gedrag als die daar door de eigenaar toe opgeleid is. Let op: verwaarloosde honden die honger hebben, vertonen eveneens onvoorspelbaar gedrag.

Je kan als eigenaar een hond rustig opvoeden en kalm houden, maar ook pittig en enthousiast maken. Een “levendige” baas, krijgt een levendige hond, want de hond verstaat de kunst om lichaamstaal te lezen. Het is een van de enige dieren die recht in je ogen kijkt en je gedrag, empathie, woede, of rust kan aflezen en overnemen. Je wil een hond trainen en werpt meerdere keren een stok of bal weg, terwijl je de hond aanmoedigt om die te gaan zoeken en terug te brengen. Om te beginnen is de hond is staat om de richting die je aanwijst te lezen en ten tweede zal die met hetzelfde enthousiasme waarmee jij hem aanmoedigt of dwingt, op zoek gaan.

Daarentegen zal de accuraatheid afnemen, naarmate jouw dwingende enthousiasme toeneemt. Met andere woorden, de hond reageert preciezer, als hem de rust en de kalmte gegund worden om te zoeken, maar wel sneller, maar minder precies als hij opgezweept wordt. Wat betekent dit in de praktijk: als honden opgewonden zijn en opgezweept worden, doen ze wat hun baasje hen opdraagt, maar ze zijn er minder nauwkeurig in.

Het Max Planckinstituut is van mening dat het gedrag van de eigenaar bepalend zal zijn voor het gedrag van de hond. Want honden zijn als geen ander dier in staat de gevoelens van hun baasje te “lezen”. Ze voelen zelfs empathie. Dat kan een hondeneigenaar gemakkelijk controleren: als het baasje begint te geeuwen in het zicht van de hond, dan is de kans groot dat de hond dat gedrag overneemt en ook begint te geeuwen, bij wijze van sympathie. Ze voelen ook emoties, ook bij kinderen.

Je ziet het niet zelden in jonge gezinnen dat als een baby begint te wenen, de hond naar het wiegje gaat en de baby bekijkt of begint te likken om het kind te troosten. Dat bewijst de sterke band tussen mens en hond en dat geldt voor het hele gezin.

De mensen beschouwen de hond als een deel van hun familie, maar eigenlijk is het omgekeerd: de hond beschouwt de mensen in het huis als een deel van zijn familie en zal er alles aan doen om die ter wille te zijn en desnoods te verdedigen.

Er is ook een band tussen de hond en de eigenaar, net zoals tussen ouders en hun jonge kinderen. Stel dat er een hevig onweer losbarst. Honden zijn daar meestal bang voor. Wat doen ze gewoonlijk? Ze gaan op zoek naar het baasje of andere gezinsleden om bij hem of hen bescherming te zoeken.

Je merkt ook wanneer een hond waardering heeft voor iemand: als het baasje thuiskomt of met eten komt aandragen, dan springt de hond op het baasje en begint te likken en te kwispelen: een teken van vertrouwen en waardering.

Honden reageren ook op geluiden, op stemmen, op geuren. Ze zijn perfect in staat om een onderscheid te maken tussen de pas van de eigenaar als die thuiskomt of van een wildvreemde die de eigendom betreedt. Ook geuren hebben hun speciale aandacht. Vandaar dat honden getraind worden om overlevenden van onder het puin te halen, ziekten te herkennen, vermisten op te sporen aan de hand van een geurspoor, of wild op te jagen. Ze hebben een verfijnde geur en een bijzonder gehoor.

Maar het blijven natuurlijk dieren soms met enorme kracht en gevaarlijke tanden. Wanneer zijn ze gevaarlijk? Als het baasje gevaarlijk is of hen slecht heeft opgeleid of opgevoed en… als ze zich bedreigd voelen, of uitgehongerd zijn.

Spreek dus niet meer over gevaarlijke honden, maar over gevaarlijke baasjes, dat zal de hond ook best waarderen.

Gerelateerde artikelen

Gerelateerde

Opgepast: ook na de week van de teek!

Stel dat na een telling vastgesteld wordt dat er op één vierkante kilometer honderdduizend mensen wonen. Dat lijkt gigantisch veel en onmogelijk en het zou trouwens leiden tot gevaarlijke toestanden. Want waar veel mensen op een beperkte oppervlakte wonen stijgt het...

Lees meer