Hoe ondervind je geen schade door vrieskou?

Het blijft wel niet duren, maar je weet maar nooit: de vrieskou kan elk moment terugkeren en als je niet voorbereid bent, krijg je te maken met dezelfde problemen en erger je je nog meer.

Vrieskou is in onze streken onvermijdelijk. Vroeger meer, nu wel minder, maar het gebeurt.

De winter is in het land en dus moet rekening gehouden worden met vrieskou en de ongemakken die daarvan het gevolg kunnen zijn. Maar gelukkig kun je je voorbereiden.

Dat hebben automobilisten dezer dagen best kunnen ondervinden. Wat kun je doen om dergelijke ongemakken te voorkomen en te vermijden?

Spaar je batterij

Het is bekend dat een batterij heel wat vermogen verliest bij vriestemperaturen. Dat kon je vroeger als jongeling al ervaren door een batterij voor een zaklamp een paar uur op een warme radiator te leggen. Als je dacht dat de batterij leeg was, dan kon je die op deze manier weer tot leven wekken. Hetzelfde fenomeen doet zich voor met autobatterijen. Zowel een startbatterij als een elektrisch voortbewogen voertuig is aan deze fysische wet onderworpen. Hoe kouder, des te minder vermogen. Sommige batterijen hebben er meer last van dan andere en bepaalde types van voertuigen ook meer of minder. Zo kan een elektrische auto tot bijna veertig percent van zijn vermogen verliezen, waardoor de afstand die het voertuig kan afleggen navenant is: bijna de helft minder kilometers. Geen leuk vooruitzicht om halverwege stil te vallen.

Er is evenwel een aantal trucjes dat je kunt toepassen. Zo is het beter de batterij niet helemaal vol te laden, maar tot ongeveer 80 percent. Bovendien is het zowel voor een elektrisch voertuig als voor een voertuig met verbrandingsmotor beter de batterij langzaam te wekken in de plaats van plots de volle kracht van een start te vragen. Hoe doe je dat? Heel eenvoudig: zet eerst een halve minuut de autolichten aan en/of de achterruit ontdooiing, zodat de batterij gewoon wordt om langzaam capaciteit af te geven. Bruusk starten is dus nooit goed, je forceert de batterij. Nadien de lichten en de verwarming weer uit en starten, dat is beter en spaart de batterij.

Tijdens het rijden is het ook beter niet de hoogste gezwindheid na te streven. Het ideale koppel moet worden gezocht van de motor. Voor een auto die rijdt op fossiele brandstof ligt dat rond de 100 kilometer per uur. De luchtweerstand is dan ook kleiner en je verbruikt minder. Preventief rijden helpt ook zodat je minder vaak moet afremmen en weer optrekken. Ook de verwarming niet te hoog, niet te veel verbruikers aanzetten, dat ook spaart de batterij.

Niet ontdooien met warm water

Soms gebeurt het dat iets bevroren is en dat je moet ontdooien. Langzaam ontdooien in een niet bevroren ruimte is best, dan heb je het minst risico op beschadiging. En als je toch wat geforceerd moet ontdooien: gebruik liefst een spray of een antivriesmiddel dat daartoe ontwikkeld is. Als je water moet of wenst te gebruiken: NOOIT WARM WATER. Het klinkt een beetje contradictorisch, maar de reden is eenvoudig en die kun je zelf uitproberen. Warm water bevriest namelijk sneller dan koud water, doordat het warmte onttrekt aan de omgeving. Je merkt dat als je een glas heet water op een terras uitgiet en daarnaast een glas koud water. Het warme water zal rapper bevroren zijn dan het koude water. Bovendien kun je met heet water zowel het lakwerk, het koetswerk, de ruiten als het rubber beschadigen aan je voertuig. Ook niet doen op het voetpad om het sneller te ontdooien. Je maakt op die manier sneller een schaatsbaan. Zout water is etsend en pas je dus best nooit toe op delicate oppervlakken.

Op die manier is de winter geen boze “vriezeman” die je lastig valt.

Stuur niet naar het gevaar toe

En vrieskou betekent ook af en toe gladde wegen of gladde stukken die niet tijdig gestrooid werden. Des te verraderlijker!

Mocht je toch op zo’n verraderlijk stuk terecht komen dan is het van belang niet bruusk te reageren of maneuvers uit te halen. Dat betekent langzaam of pompend remmen, en het stuur altijd in de richting van de oplossing wenden, niet naar het gevaar toe. De meeste chauffeurs houden het gevaar in de gaten, een gracht of een boom of een ander voertuig, en onbewust gaan ze in die richting sturen.

Het omgekeerde is misschien tegenstrijdig, maar het is de enige goede oplossing. Stuur en kijk in de richting van de oplossing en niet naar het gevaar toe. Het kan je veel geld en zelfs je leven sparen.

Gerelateerde artikelen

Gerelateerde

Opgepast: ook na de week van de teek!

Stel dat na een telling vastgesteld wordt dat er op één vierkante kilometer honderdduizend mensen wonen. Dat lijkt gigantisch veel en onmogelijk en het zou trouwens leiden tot gevaarlijke toestanden. Want waar veel mensen op een beperkte oppervlakte wonen stijgt het...

Lees meer