Het lijkt erop dat onze huidige generatie met grote problemen heeft af te rekenen. Het gaat niet enkel over Covid oftewel Corona, over de wereldwijde beperkingen, maar ook om allerlei “beschavingsziekten” zoals die genoemd kunnen worden. Daarom heeft de Wereld Gezondheidsorganisatie een oproep gedaan en die liegt er niet om: kanker en hartinfarct zullen de volgende generatie nog toenemen, zelfs verdubbelen. Enkel een wijziging in ons leef- en eetgedrag kan daar iets aan doen. Te zoet en te geraffineerd eten, te weinig bewegen en… de hoge bloeddruk ondermijnt langzaam maar zeker de gezondheid.
Te hoog of te laag
We weten het: verhoogde bloeddruk kan ernstige risico’s voor de gezondheid opleveren. Het hart en de bloedvaten komen onder grote druk en niet zelden eindigt deze situatie met een sclerosering van de bloedvaten, trombose of hartinfarct. Het is duidelijk dat een te lage bloeddruk niet deze risico’s meebrengt. Men spreekt over te lage bloeddruk als de metingen minder dan 100/60 mm kwikkolom geven. Ook als de bloeddruk 20 punten of meer onder het normale niveau ligt.
Toch hebben heel wat kinderen en volwassenen, waaronder vooral vrouwen, te kampen met een te lage bloeddruk. Je zou kunnen zeggen dat het goed is voor de gezondheid om een te lage bloeddruk te hebben, maar de ongemakken kunnen het nut overtreffen.
Minder risico op hartinfarct met te lage dan met te hoge bloeddruk.
Te lage bloeddruk is dus evenzeer ongunstig, hoewel de risico’s daaraan verbonden in belangrijke mate een veel kleiner fataal karakter vertonen. Ook ijzertekort moet daar bij gerekend worden, omdat de symptomen vaak in dezelfde sfeer zitten. Je sterft er niet van, maar het leven heeft nog weinig comfort. Dat wil niet zeggen dat je er moet naar streven drastisch de bloeddruk te verhogen, of dat je te lage bloeddruk moet koesteren… maar dat je wel een zo gezond mogelijk leefpatroon moet aanleren om de ongemakken tot een minimum te herleiden. Want vaak zijn deze verschijnselen een blauwdruk van je leefwijze. De conclusie is dat met eenvoudige natuurlijke middelen en betere leefgewoonten de gezondheid erg kan verbeterd worden. Het zijn meestal maar eenvoudige kwaaltjes waar snel iets kan aan gedaan worden.
Duizelig en vermoeid
Als over bloeddruk wordt gesproken, denken de meeste patiënten onwillekeurig aan verhoogde bloeddruk. Het is een ziekte die meer voorkomt dan verlaagde bloeddruk, misschien wel minder rechtstreekse ongemakken veroorzaakt, maar daarom niet minder ongemakkelijk is. Lage bloeddruk is inderdaad doorgaans veel minder erg, maar de leefwijze van de patiënt is minder comfortabel en die maakt zich daardoor ook sneller zorgen, hoewel meestal ongegrond.
Bij verlaagde bloeddruk zal de patiënt gewoonlijk gealarmeerd worden door duizelingen, snellere vermoeidheid, onregelmatige pols en vooral problemen bij het opstaan of plots van houding veranderen. Terwijl bij verhoogde bloeddruk, de beide waarden, zowel diastolische als systolische druk van belang zijn, wordt bij te lage bloeddruk alleen rekening gehouden met de systolische druk. Men spreekt van een absolute hypotensie of verlaagde bloeddruk als de systolische druk beneden de 100mm kwik blijft. Op dat moment kan de bloedcirculatie in de nieren in gevaar komen en de urineproductie stilvallen.
Klachten zijn echter niet verbonden aan een absoluut getal. Daarvoor zijn individuele verschillen te sterk. Die klachten kunnen bijzonder heftig zijn als er een plotse bloeddrukdaling optreedt, bijvoorbeeld van 180 naar 120 mm kwik. Als diezelfde daling slechts van 130 naar 110 komt, zullen de problemen ongetwijfeld veel kleiner zijn. De grootste klachten worden waargenomen bij patiënten die met bloeddrukverlagende middelen worden behandeld.
Niet erg
Er zijn patiënten die van nature al een zeer lage bloeddruk hebben, zonder dat ze daarbij ernstige klachten waarnemen. Die bloeddruk kan bij hen zelfs nog lager liggen dan 100mm kwik. Sommigen zijn dan wat sneller vermoeid, hebben al eens last van duizeligheid, maar deze ervaringen worden ook vastgesteld bij patiënten met een volkomen normale bloeddruk. Men ziet wel chronische lage bloeddruk bij patiënten met een asthenisch, d.w.z. slanke magere lichaamsbouw, die terzelfder tijd een druppelhart hebben.
De polsfrequentie is meestal laag, tussen de 50 en 60 slagen per minuut en het hartritme verandert als de patiënt in- of uitademt. Toch is de levensverwachting van deze mensen zeer gunstig. Ze bereiken dikwijls een zeer hoge leeftijd en in elk geval lopen ze veel minder gevaar dan patiënten met verhoogde bloeddruk. Bij sommige ziekten komt ook verlaagde bloeddruk voor: ziekte van Addison, na een bevalling, bij kwaadaardige ziekten en na bestralingen. Hypotensie is echter zelden gevaarlijk, tenzij ze het gevolg is van langdurige behandeling met zeer sterke bloeddrukverlagende middelen. Bij oudere patiënten is hier waakzaamheid geboden. Hun klachten kunnen voornamelijk optreden als ze al te plots opstaan. Ze moeten daar hun tijd voor nemen. Als de lage bloeddruk wel gepaard gaat met een snelle in de plaats van een trage pols, moet men wel denken aan een mogelijke hartinsufficiëntie en is medische behandeling noodzakelijk.
Andere oorzaken
Lage bloeddruk is dikwijls een „familiale” aangelegenheid. Dat betekent dat je vaak dezelfde typische erfelijke factoren in dezelfde familie ziet terugkeren. Vooral onder vrouwen komt lage bloeddruk al eens voor en het zijn precies deze vrouwen die ook dezelfde vage terugkerende klachten formuleren: vermoeidheid, concentratieproblemen, slaapmoeilijkheden, futloosheid en zelfs neiging tot depressies. Een arts die met de beschrijving van deze vage klachten geconfronteerd wordt, zal uiteraard beducht zijn voor mogelijk ernstiger onderliggende problemen. Je mag niet alles van meetaf aan op de rug van familiale trekjes schuiven, want ernstige problemen zoals hartzwakte, hormonale stoornissen, ernstig bloedverlies, medicijngebruik, de ziekte van Addison en oververmoeidheid, vragen een andere aanpak en een degelijke behandeling, waar de patiënt alleen niet meer kan en mag aan knutselen. Hiervoor heeft hij of zij deskundige hulp nodig.
Maar van zodra abnormale vermoeidheid ontstaat of duizeligheid en zelfs flauw vallen bij het snel opstaan of ’s morgens uit bed veren, moet gedacht worden in de richting van te lage bloeddruk. Laat het gauw controleren, want er is echt wat aan te doen en het loont de moeite niet om met zoveel ongemakken te blijven rondhangen, terwijl de oplossing meestal eenvoudig is.