Bonen worden omschreven als de ideale vleesvervangers. Ze zitten vol noodzakelijke mineralen, zoals kalium, ijzer en ook eiwitten vitamines (B) en vezels. Ze dragen bij tot een gezond microbioom en toch eet minder dan één op de vijf landgenoten elke week minstens één keer bonen. Witte bonen kunnen zowel vers worden gegeten maar ook worden bewaard en gedroogd zonder dat ze van hun eigenschappen verliezen. Ze kunnen langere tijd bewaard worden en daarom zijn ze zo interessant ook.
Bonen zijn lekker, maar ook gezond. Ze worden niet voor niks de plantaardige biefstuk genoemd.
Bij velen roepen peulvruchten geen enthousiaste herinneringen op. Boontjes doppen was een bezigheid van lange duur. Vandaar de benaming: zijn eigen boontjes doppen. Zonde, want vers van de staak is de smaak van peulvruchten ongeëvenaard. De boon is eeuwig, tijdloos en gezond. Bonen staan ook symbool voor nieuw leven: vandaar dat bij geboorten suikerbonen worden gegeven. Bonen waren ook het basiseiwit, zeg maar de biefstuk van de gewone man. Vandaar de talrijke volksspreuken en gezegden.
Bonen: de aardappel van het verleden
Onze voorouders hebben zich tot de komst van de aardappel in leven gehouden met tuinbonen. Al bij opgravingen uit de bronstijd en in Egyptische graven werden tuinboonrestanten teruggevonden. Naast de aardappel namen ontdekkingsreizigers als Columbus ook bonen mee uit de Nieuwe Wereld. Het waren ideale groenten in die tijd: gezond, voedzaam, makkelijk te verbouwen en in gedroogde vorm lang te bewaren. Gedroogde bonen zijn in arme werelddelen trouwens nog altijd de belangrijkste eiwitleveranciers. Ook in Europa werden peulvruchten lange tijd als de biefstuk van de arme lieden beschouwd, maar die status zijn ze inmiddels ontgroeid.
Talrijke soorten
Bij ons worden ze vooral vers gegeten. Er zijn verschillende soorten die vaak een verschillende afkomst hebben. En van bonen bestaan talrijke soorten. Bij bonen worden ook volgende groenten ondergebracht: labbonen, staakprinsessen en snijbonen.
Bruine bonen worden, wat de smaak betreft, meer gewaardeerd dan witte bonen. Ze zijn geschikt om er soep en andere heerlijke gerechten van te bereiden. Oud-Vlaamse gerechten met bruine bonen zijn o.a. bruine bonen met spek en stroop en bruine bonen met spek, gebakken uien en aardappelen. Bruine bonen komen oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied.
Flageoletten zijn kleine, lange iets gekromde lichtgroene bonen. Deze komen oorspronkelijk uit Zuid-Europa. Limabonen zijn platte, grote, witte bonen. Oorspronkelijk komen deze bonen uit Zuid-Amerika. Linzen komen oorspronkelijk uit Azië en Zuid-Europa. Snijbonen stammen uit Zuid-Amerika, waar ze al minstens 2000 jaar worden geteeld, en volgens archeologen nog veel langer. Het zijn leden van dezelfde bonenfamilie waar ook de tuinboon bij hoort.
In Engeland worden ze veel verbouwd, maar hier zijn ze wat minder populair. Snijbonen zijn wat steviger en robuuster van smaak dan sperziebonen. Vroeger werden snijbonen in de zomermaanden ingepekeld in zout om er in de wintermaanden nog van te kunnen genieten. Bij snijbonen moeten de puntjes eraf en vaak ook de draden.
Sojabonen komen oorspronkelijk uit Azië, zijn eiwitrijk en worden tegenwoordig vooral aangeprezen ter preventie van borstkanker. Ze moeten dan wel vanaf de puberteit worden gegeten, want in Azië, komt praktisch geen borstkanker voor.
Volwaardige gezonde voeding
Eigenlijk moeten we meer bonen eten, want bonen zijn goed voor iedereen, zowel voor het hart, de lever, bij heesheid, buikpijn, en ze zijn zenuwversterkend. De slijmachtige stoffen kunnen soms winderigheid veroorzaken en als ze soms minder goed verteerbaar zijn, kun je best wat bonenkruid toevoegen. Na een inzinking of een ernstige ziekte is een bonenkuur aanbevolen.
Een bonenkuur zuivert het bloed, bij waterzucht, reuma en jicht. Uitstekend bij oedeem. Bonen doen ook het suikergehalte dalen bij diabetici en is een aanvullend middel voor berk en daslook.
Bij volgende aandoeningen komen bonen goed van pas:
- Acné: thee van peulen.
- Aderverkalking: uitstekend vanwege het kalium.
- Nier- en blaaskwalen: sap van bonen.
- Urinedrijvend (dikke opgezwollen buik): sap van peulen.
- Bij suikerziekte: bonen doen het suikergehalte dalen.
Goed tegen jicht
Van sperziebonen of prinsessenbonen worden eigenlijk vooral de schillen en de bloemen in de natuurgeneeskunde gebruikt. Bonenschillenthee maak je door de schillen een nacht lang in koud water te laten weken (neem 10 g schillen per kop water) en laat ze ’s morgens even opkoken. Deze thee zorgt in de eerste plaats voor het afdrijven van urine en urinezuur en moet daarom worden gedronken tegen jicht, tegen eczeem veroorzaakt door te veel urinezuur en tegen zenuwontstekingen.
Interessant is ook dat deze thee de productie van insuline bevordert, doordat hij het suikergehalte in bloed en urine fors doet dalen en zo de alvleesklier tot het produceren van insuline prikkelt. Speciaal tegen chronische nierstenen en niergruis helpt een thee, getrokken van de bloemen van de sperziebonenplant. Voorwaarde is wel dat men het kan volhouden elke dag om de 2 uur een lepel ervan in te hemen, tot de klachten verdwenen zijn.
Bonen als dik afkooksel bestrijden waterzucht en zijn een hulpmiddel bij suikerziekte en aderverkalking. Drie of vier handvol peulen die in de schaduw gedroogd en leeg gehaald zijn, fijnsnijden; laten weken in 2 liter water. Nadien 1 tot 2 uur laten koken tot men nog een halve liter heeft. Uitstekend voor nieren en blaas. Het spreekt vanzelf dat men bij ernstige klachten altijd een arts raadpleegt.
Planten en oogsten
Bonen zijn gemakkelijk te telen. Ze hebben wel een goed verluchte en zonnige standplaats nodig, een gezonde, lichte, doordringbare en voedzame grond. Bonen houden niet van stalmest noch van een overmaat aan kalk. De boon heeft geen stikstofhoudende meststoffen nodig. Kalium en vooral fosforhoudende meststoffen zijn daarentegen onontbeerlijk. Zij is zeer gevoelig voor koude en verdraagt zelfs geen klein graadje vorst. Men mag daarom geen bonen in de tuin zaaien vóór 10 mei. Men kan wel vroeger zaaien onder tunnels van plastic.
Bonenzaad wordt hard als het te droog is; de boon vreest echter nog meer de vochtigheid die het zaad in de grond doet rotten en op de rijpe bonen zieke plekken veroorzaakt. Vochtigheid evenals een overdreven zaaidichtheid geven aanleiding tot een draderig opgeschoten gewas.
De hardschalige bonen worden vooral geteeld om droog te bewaren, want hun peulen worden snel vezelachtig. Men moet ze oogsten wanneer ze goed droog zijn en ze op een vloer, bijvoorbeeld op zolder uitspreiden.
Bonen worden nog onderverdeeld in struik- en staakbonen. De struikbonen zijn vroeger rijp dan de staakbonen. Maar door hun grotere ontwikkeling brengen de staakbonen meer op.
Goed om weten
- Bonen houden hun groene kleur als ze gekookt worden zonder deksel op de pot.
- De bonenschil is ideaal om zogenaamd zittend vet te bestrijden.
- Boonpeulen bevatten natuurlijke bestanddelen die de opname van koolhydraten door het lichaam afremmen. Koolhydraten komen voor in alle deegwaren, meelspijzen, spaghetti enz., en zorgen bij onvoldoende beweging voor het gevreesde „zittend vet”.
- Alle bonenschotels kunnen opgewarmd worden.
- De kooktijd van verse peulvruchten hangt af van de soort, grootte en versheid. Van lang koken worden ze grauw, zacht en papperig, dus kook ze beetgaar in ruim water met wat zout, zónder deksel op de pan. Direct serveren of afspoelen met koud water, anders verliezen ze hun frisgroene kleur.
- Gezonde bonen zijn helder van kleur zonder bruine vlekken op de peul.
- In tegenstelling tot andere groenten houden peulvruchten zich goed in de diepvriezer. Zeker doperwtjes en tuinbonen doen diepgevroren in smaak niet onder voor verse.
Witte bonen in tomatensaus
Ingrediënten:
400 g witte bonen, 3 el tomatenpuree, 3 dl water, 1 1/2 el maïzena, sap van 1/2 citroen, 1 el suiker, peper, zout, kruidnagel, laurier.
Bereiding:
- Laat de bonen een nacht van tevoren weken en kook deze de volgende dag gaar. De normale kooktijd is iets minder dan een uur. Maak ondertussen tomatenpuree of neem puree uit blik.
- Breng het water met de kruiden aan de kook en laat deze enige tijd trekken.
- Haal de kruiden met een schuimspaan uit het water, voeg de tomatenpuree toe en bind de saus met de in het citroensap aangeroerde maïzena.
- Breng op smaak met suiker, zout en peper.
- Meng de gekookte en uitgelekte bonen met de saus of geef deze los bij de bonen.