Wie gebruikt er nooit peper in de keuken? Niemand! Want peper is een machtige smaakversterker, pittig, heerlijk in bijna alle gerechten, ook een antioxidant en uitstekend voor de gezondheid. Bovendien bevordert het de opname van andere nuttige en noodzakelijke stoffen. Vandaar dat aan sommige natuurlijke preparaten zoals Curcuma ook zwarte peper wordt toegevoegd omdat op die manier veel meer curcuminoïden, de genezende elementen uit Curcuma door het lichaam kunnen worden opgenomen.
Elke chef-kok die zich respecteert en elke keukenprinses die er wat van kent zal een draai aan de pepermolen geven alvorens haar gerecht als afgewerkt te beschouwen.
Van peper bestaan verschillende soorten. Er is niet enkel de variëteit van de plant zelf, maar ook het tijdstip waarop geoogst wordt, is bepalend voor de kleur en ook voor de smaak.
Peper is een gezonde en heerlijke smaakversterker. Je kan peper uit de pepermolen op het einde van het kookproces toevoegen of aan tafel en ook reeds gemalen peper gebruiken. Maar die smaak is gewoonlijk wat fletser, maar je kan de pittigheid ervan wel verhogen!
Het verschil tussen zwarte en witte peper is bijvoorbeeld het tijdstip van de oogst: zwarte peper wordt geplukt vooraleer de peperbes rijp is, terwijl witte peper geplukt wordt na de rijping van de vrucht. Rode peper is dan weer overrijp geworden en nadien gedroogd in de zon. En de grijze soort is dan een mengeling.
Peper bevat piperine een stofje dat endorfines vrijmaakt en dat je dus een happy gevoel geeft. Het verbetert niet enkel de smaak van je spijzen, maar ook van je gemoedstoestand. Ideaal als je in een dipje zit. Bovendien bevat zwarte peper ook ontstekingsremmende eigenschappen die vooral kunnen voorkomen dat zich mini-ontstekingen voordoen in het hart en de vaatwanden. Ze helpen dus op die manier arteriosclerose voorkomen. Het is ook een cholesterolregulator. Het is eveneens uitstekend om de spijsvertering op gang te trekken en de vertering te bevorderen doordat er meer speeksel wordt vrijgemaakt, wat het verteren van de spijzen bij het kauwen stimuleert en de opname van vitamine B12, caroteen en seleen bevordert. Peper is eveneens uitstekend voor de lever, beschermt de huid tegen veroudering, regelt de bloeddruk en remt de groei van kankercellen.
Door het feit dat je gaat zweten na het eten van peper helpt het tegen verkoudheid, griep, virale aandoeningen, slijmen, dichtzittende neus enz.
En het is nog lekker ook en in heel wat diëten is het een uitstekende smaakversterker om zout te vervangen. Lekker: een snuifje peper in het eten. Nog lekkerder: twee snuifjes versgemalen peper in het eten. Maar er zijn fijnproevers die de kracht van peper bijzonder weten te waarderen en daarom gemalen peper maar een fletse bedoening vinden.
Je kan natuurlijk voor elke maaltijd met de pepermolen aan de slag gaan en een hoeveelheid peperbolletjes gaan malen. Maar deze omslachtige bedoening zal zelfs de grootste smulpaap na een tijdje laten varen.
Daarom deze geweldige truc: als je peper gemalen hebt en in je peperbusje of -vaatje wil doen, kan je de kracht aanzienlijk verhogen en kan je hem blijvend pittig houden door er een paar ongemalen peperbollen aan toe te voegen. Je zal het zien, de peperbollen zullen je als tranen uit de ogen rollen.
Maar nog een andere tip: je kan ook zelf bij het eten peper toevoegen door een paar keer met de pepermolen te draaien. Dat kan je ook doen op het einde van het kookproces, maar ook aan tafel als het eten op je bord ligt. Zo kan je het perfect afstellen op je eigen smaak.
Een lekkere maaltijd wordt op die manier ook een gezonde maaltijd.